Dat je er verstandig aan doet om LED-verlichting te installeren of zonnepanelen op je dak te leggen, is algemeen bekend. Er zijn natuurlijk meer groene verdienmodellen. Maar welke is voor jouw bedrijf het meest interessant? Welke verplichtingen heb je? “Zie maar eens je weg te vinden in het woud aan milieuregels”, zegt Bart-Jan Freriks, directeur van ENGIE Services West.
Practice what you preach. “Je kunt als adviseur nog zo’n mooi plaatje schetsen – pas als je dat verhaal kunt onderbouwen met eigen ervaringen staat je advies goed in de steigers.” Freriks kan het weten. “Door onze eigen warmte- en koelinstallaties beter af te stellen en LED-verlichting en bewegingssensoren te installeren is ons kantoor in Zaandam van energielabel G naar A gegaan. Daarvoor onderzochten we eerst welke energiebesparingsmaatregelen we konden treffen zonder direct grote investeringen te moeten doen.” Dat daar voor veel bedrijven winst te behalen is, blijkt uit onderzoek van Enolis, bedenkers van de Energy Navigator. In maar liefst zestig procent van de gebouwen in Nederland kan energie bespaard worden door de installaties beter af te stellen. Hoe simpel kan het zijn?
In 2023 alles C-label
En hoe noodzakelijk: vanaf 2023 moeten alle bedrijfspanden in Nederland het C-label hebben. Dat red je niet met alleen wat aangepaste instellingen. “Sterker nog: die installaties zijn pas het begin. Door vakkennis, verstand en ervaring slim te combineren kun je het maximale uit de energietransitie halen.” Geen situatie is namelijk hetzelfde, zeker niet in de bestaande bouw. “Als energie- en technologiebedrijf wil ENGIE hierin zijn verantwoordelijkheid nemen. Wij kijken als het ware door de tunnel van de energietransitie heen: waar gaat het heen, welke route moe en we kiezen? Klimaat, energiebesparing en duurzaamheid staan nadrukkelijk op de agenda van overheid en bedrijfsleven. Energietransitie is natuurlijk een groot verhaal. Welke regelgeving telt voor jouw branche? Welke techniek is het beste?”
Hoe doe je het goed?
Onwil bespeurt Freriks niet bij bedrijven, wél soms een wat afwachtende houding. “Geen wonder als je je realiseert wat er op ondernemers af komt. Ze hebben het beste voor met het milieu en leefbaarheid van de omgeving, maar ondertussen moet het financieel ook behapbaar zijn en moet je aan alle regels voldoen. Onze adviseurs denken daarin mee. Zij zetten de stap van de concrete maatregelen waar mensen als eerste aan denken – zoals LED-verlichting of zonnepanelen – naar de ontwikkeling van een langetermijnbeleid.” Daarbij kijken ze naar de verplichtingen waar bedrijven aan moeten voldoen en naar de visie van overheden. Waar worden bijvoorbeeld warmtenetten gepland? Daar moeten de gebruikers geadviseerd worden over potentieel onnodige investeringen in een nieuwe verwarmingsinstallatie. “Neem het plan van Amsterdam om in 2030 alle niet-elektrische auto’s uit de stad te weren. Dat kan nogal wat betekenen voor je onderneming: hoe krijg je klanten en leveranciers jouw kant op bijvoorbeeld. Maar ook als netwerkbeheerder, installateur of laadpalenbouwer komt er iets op je af waar je je maar beter goed op kan voorbereiden.”
Kwestie van durf
Dat je daarin soms wat durf moet tonen, kan Freriks alleen maar beamen. “Bij ENGIE zitten we zeker niet stil. Samen met Mitsubishi en Hitachi hebben we een systeem ontwikkeld dat de groeiende vraag naar elektriciteit in de ochtend koppelt aan de verwachte toename van het aantal elektrische auto’s. Dat is gelukt: de elektrische auto van de ENGIE-medewerker lévert stroom als deze ’s ochtends geparkeerd wordt bij een laadpaal bij het kantoor. Zo vangen we zelf de piek op in de vraag naar elektriciteit. In de middag laadt de auto gewoon op. Via een bijbehorende app kunnen deelnemers aangeven hoe laat ze weer de weg op willen en hoeveel batterijcapaciteit gewenst is – het systeem zorgt ervoor dat de accu dan goed is opgeladen.”
Anderhalf jaar terug werd in Zaandam deze eerste slimme laadpaal van de hele EU in gebruik genomen en inmiddels wordt het idee langzaam uitgerold. “We verwachten elk moment een belletje uit de Stopera”, grapt Freriks. “Want ook in de stad kan zoiets prima werken. De piek in de elektriciteitsvraag in de particuliere markt ligt rond een uur of zes, zeven ’s avonds. Dan komen mensen thuis, gaan koken, tv-kijken enzovoorts. Op dat moment leveren de auto’s stroom en ’s nachts laden ze rustig op. Dat voorkomt een piek in de lokale netbelasting.”
Samenwerking
De energietransitie staat voor collectieve en wereldwijde uitdagingen. “Het is natuurlijk onzinnig als we allemaal het wiel uitvinden. We zien dat de samenwerking tussen bedrijven, overheid, onderwijs en particulieren een voorwaarde is geworden. ENGIE zoekt daarom nadrukkelijk de samenwerking op met al deze spelers. We hebben al concrete voorbeelden, ook in Amsterdam, hoe we samen met een concurrent de belangen van de eindgebruiker voorop hebben gesteld en daardoor tot een ideale duurzame oplossing konden komen. Onze ambitie is om voorop te lopen in de Zero Carbon Transition.”