Argent Energy is een van de belangrijke spelers die een bijdrage leveren aan de energietransitie. Om in 2030 50% minder CO2-uitstoot te realiseren en in 2040 de doelstelling Net Zero Carbon te halen, moet er nog flink wat water door de Rijn. Door biodiesel te maken van afvalstoffen draagt het Schots/Engelse familiebedrijf een behoorlijk steentje bij: reguliere pompdiesel bevat nu al 7% biodiesel. En dat kan en wordt snel meer. CEO Erik Rietkerk legt uit hoe.
Om de Europese doelstelling (Klimaatakkoord van Parijs) te halen geeft Argent prioriteit aan het decarboniseren van transport. Transportbedrijven vervullen een sleutelrol in dit proces omdat 99% van het Europese goederenvervoer over de weg bestaat uit dit type exploitanten. Argent is echter niet begonnen als producent van brandstof.
Hoe het begon
Erik: “Na de eeuwwisseling heerste BSE, ook wel ‘gekkekoeienziekte’ genoemd. Tot dan toe werden zelfs de dierlijke afvalvetten die wij in het kader van de destructie-industrie verwerkten, gebruikt in cosmetica en wasmiddelen. Dat mocht niet meer. Maar overal en nergens lagen tanks vol met dat spul. Dus daar moest iets mee. Het antwoord ‘wat en hoe?’ kwam uit Oostenrijk. In Graz was een technologie ontwikkeld om dierlijke vetten om te zetten in biodiesel. Argent bouwde toen in Motherwell, Schotland de eerste fabriek.
Zoals wel vaker is er een crisis nodig om een innovatie te starten. De mogelijkheden om van afval biobrandstof te maken, worden, uiteraard na de nodige investeringen en ontwikkelingen, nu met beide handen aangepakt door bedrijven die hun CO2-footprint naar beneden willen brengen.”
Van afval naar brandstof
Argent is onderdeel van het eeuwenoude Engelse familiebedrijf Swire Group en werd in 2013 overgenomen door de tak John Swire & Sons (Green Investments) Ltd. Sinds 2018 zijn er fabrieken in Ellesmere Port, onder Liverpool, en in de Hornhaven, in het Westelijk havengebied van Amsterdam, aan het Noordzeekanaal.
“Dit gaf de mogelijkheden om goed door te pakken en Swire geeft ons gelukkig enorm veel vrijheid. Overigens wel met een flinke groeidoelstelling. Er staat ook nog heel wat op stapel, zoals de uitbreiding van de locatie in Amsterdam. Swire is van oorsprong een handelsonderneming en wij zijn er zeer op gebrand al de transportactiviteiten (vrachtwagenvloot, zeevervoer, Cathay Pacific Airlines) duurzamer te maken.”
Erik: “Als je voor de eerste keer op onze fabriek bent, zie je welk spul er binnenkomt. De gedachte is vaak: hoe kan die stinkende smurrie die het productieproces ingaat uiteindelijk een reukloze, kristalheldere en renderende brandstof voor moderne dieselmotoren worden? De geavanceerde hogedruk dieseltechnologie is ingeregeld op uiterste efficiëntie verbrandingsprocessen. En wat veel mensen niet weten: een veertiende deel van een in Nederland getankte liter diesel is nu biodiesel. Daar lopen moderne motoren dus prima op.
Voor diesel voor vrachtverkeer en busvervoer is dit zelfs een vijfde deel. Die verhoudingen gaan de komende jaren omhoog en leveren daarmee een bijdrage aan de CO2-reductie. Logisch ook, want waar de elektriciteit vandaan komt voor de toekomstige Europese (elektrische?) vrachtvloot is voorlopig voor iedereen een groot raadsel. Om over de laadinfrastructuur nog maar te zwijgen…”
Vanuit Amsterdam en verder…
Met twee grote havens is Nederland het aangewezen land om biobrandstoffen verder Europa in te krijgen en tientallen miljoenen dieselvoertuigen zo duurzaam als mogelijk aan de praat te houden.
Erik: “De mogelijkheden voor productie en transport zijn in Amsterdam uiterst gunstig. Er is ‘deep sea access’ met routes naar Rotterdam, Antwerpen, Gent, Frankrijk en het Middellandse Zee gebied. Op dit moment is bij onze Amsterdamse locatie vanaf een steiger een diepgang tot ruim vijf meter mogelijk. Met de aanleg van twee nieuwe steigers kunnen ook boten met een diepgang van tien en zelfs veertien meter geladen en gelost worden. De waterstand is afhankelijk van de sluizen van IJmuiden.
Er volgt, in de komende twee jaar al, een treinverbinding. Er ligt nu een afgesloten traject, klaar om te reactiveren. Zodra de nieuwe kade is gerealiseerd, komt er ook een laad/los faciliteit voor spoormaterieel. De capaciteit springt dan in twee stappen van nu 100.000 ton naar 320.000 ton in 2023 en uiteindelijk naar 540.000 ton.
Opschalen lukt dankzij de bouw van twee nieuwe fabrieken. Er is immers ruimte zat. We hebben wel geluk gehad. Toen we in november 2018 extra grond kochten, hadden we alleen opslag en de fabriek. In het voorjaar van 2019 kochten we land erbij omdat het kon. Nu creëert dit mogelijkheden tot verdere uitbreiding, zoals de extra fabrieken en transportmogelijkheden. Het havenbedrijf werkte goed mee en ook Liander deed een duit in het zakje met een contract voor elektriciteit. Die voorziening regelen is voor bedrijven inmiddels lastiger geworden.”
Circulaire economie en toekomstbeelden
“Die daadkracht en vooruitziende blik van toen helpt ons nu. We zijn in gesprek met het AEB (Amsterdam Energie Bedrijf) om ons stoom en elektriciteit te leveren. Ook hier: leve de circulaire economie! AEB verbrandt huisvuil en wij nemen de vrijgekomen energie af om daar vervolgens hernieuwde energie van te maken. Met de uitbreiding realiseren we de decarbonisatie van het wegtransport. Met de nog vrij liggende stukken land hebben we mogelijkheden om onze plannen verder te laten groeien.
De bijproducten die onze processen opleveren hebben nu nog geen toepassing. Maar als de capaciteit straks is opgeschaald, gaan we brandstof produceren voor maritieme toepassingen. En daarin vervullen die bijproducten van biodiesel een hoofdrol. Zolang de politiek niet alleen oog heeft voor de te halen doelen maar meer nog voor de processen die leiden tot deze hoofddoelen, komen er meer mogelijkheden langs die allemaal kunnen bijdrage aan een groenere toekomst.
Glycerine-houdend water is zo’n bijproduct van de productie van biodiesel. Argent Energy gaat investeren in een glycerine raffinaderij die medio 2023 al opstart. Dit levert halffabricaten op voor oplosmiddelen en composiet materialen, bijvoorbeeld voor de bouw van windmolens, en de-icing vloeistoffen om vliegtuigvleugels vriesvrij te houden.
Ik heb nog twee actuele zaken die nieuwswaardig zijn. We werken samen met Amsterdam Science Park en de beide universiteiten. Dat heeft te maken met het werven van kennis. We binden graag jong talent en liefst zo vroeg mogelijk. Als laatste punt wil ik graag onze open cultuur noemen. Argent staat diversiteit voor: iedereen mag zichzelf zijn en er is ruimte voor ontwikkeling. Zoals je inmiddels wel merkt zijn we verre van een ouderwets chemiebedrijf. Ik nodig iedereen uit om op de website de clipjes te bekijken. Neem contact op als je een stap verder wilt!”